Een alternatief voor de activiteit "Structuur van het spijsverteringsstelsel" zou zijn om afzonderlijke cellen voor elk deel van het spijsverteringsstelsel te hebben, in plaats van één groot diagram. In deze activiteit maken studenten een spinnenkaart die de functies van elk orgaan in het spijsverteringsstelsel identificeert en definieert. Soms kan het nuttig zijn om elk orgaan geïsoleerd te houden om zich te concentreren op wat het doet.
Stadium | Omschrijving |
---|---|
Mond | Voedsel komt via de mond het spijsverteringskanaal binnen. Het wordt gekauwd door tanden die voedsel in kleinere stukjes afbreken. Het voedsel wordt gemengd met speeksel dat enzymen bevat. |
Slokdarm | De fibromusculaire buis die de mond met de maag verbindt, wordt de slokdarm genoemd. Voedsel wordt naar beneden geduwd met behulp van een golfachtige spierbeweging die peristaltiek wordt genoemd. |
Maag | De maag is het spierorgaan waar voedsel wordt gemengd met maagsappen. Maagsap heeft een lage pH, wat betekent dat het zuur is en wordt gebruikt om voedsel te verteren en mogelijk schadelijke bacteriën te doden. |
Dunne darm | De dunne darm bestaat uit drie delen: de twaalfvingerige darm, het jejunum en het ilium. Hier wordt voedsel gemengd met enzymen en gal. De enzymen versnellen het spijsverteringsproces. Voedingsstoffen worden vervolgens opgenomen in de bloedbaan. |
Grote ingewanden | De dikke darm bestaat uit twee delen: de dikke darm en het rectum. In de dikke darm wordt water opnieuw uit het voedsel opgenomen. Uitwerpselen worden opgeslagen in het rectum totdat ze klaar zijn om te worden doorgegeven. |
Anus | Uitwerpselen verlaten het spijsverteringskanaal door de anus. |
(Deze instructies zijn volledig aanpasbaar. Na het klikken op "Copy Assignment", wijzigt u de beschrijving van de opdracht in uw Dashboard.)
Maak een spinkaart die de verschillende organen in het spijsverteringsstelsel identificeert en beschrijft.
Grade Level 6-12
Moeilijkheidsgraad 3 (Het ontwikkelen tot Mastery)
Soort Opdracht Individu
(U kunt ook uw eigen maken op Quick Rubric.)
Bedreven | Opkomende | Begin | |
---|---|---|---|
Labels | Alle labels zijn correct. | De meeste labels zijn correct. | Sommige etiketten zijn correct. |
Functies | Alle functies zijn correct zonder grammatica of spelfouten. | De meeste functies zijn juist met grammatica en spelfouten. | Sommige functies zijn correct met veel grammatica en spelfouten. |
Bewijs van Inspanning | Het werk is goed geschreven en zorgvuldig doordacht. | Het werk laat wat bewijs zien van moeite. | Werk laat weinig bewijs zien van enige inspanning. |