Een les of les beginnen met de belangrijkste woordenschat helpt bij het begrijpen en vasthouden. In deze activiteit maken leerlingen een storyboard dat de belangrijkste woordenschat uit het boek Where the Red Fern Grows definieert en illustreert. De leerlingen maken naar eigen goeddunken een spinnenkaart met 3-5 termen. Elke cel bevat een woord, de definitie of beschrijving en een passende illustratie.
(Deze instructies kunnen volledig worden aangepast. Nadat u op "Activiteit kopiëren" hebt geklikt, werkt u de instructies bij op het tabblad Bewerken van de opdracht.)
Opleveringsdatum:
Doelstelling: Maak een spinnenkaart die een nieuw vocabulaire illustreert en definieert in Where the Red Fern Grows .
Instructies voor studenten:
Vereisten: Moet 3 termen hebben, correcte definities en passende illustraties voor elk die uw begrip van de woorden aantonen.
Betrek studenten bij nieuwe woorden zodra ze in het verhaal verschijnen om het leren van vocabulaire betekenisvol te maken. Stiltes om vocabulaire in context te bespreken helpen studenten woorden te koppelen aan het verhaal en de personages, waardoor begrip en retentie verdiepen.
Demonstratie hoe je contextuele aanwijzingen gebruikt door je denkproces luid te delen. Laat zien hoe studenten betekenis kunnen afleiden uit omliggende zinnen of illustraties om hen in staat te stellen onbekende vocabulaire zelfstandig aan te pakken.
Vraag studenten om nieuwe vocabulaire te relateren aan hun eigen ervaringen, bijvoorbeeld door een moment te delen dat ze 'verwonderd' voelden of een 'lastige situatie' te beschrijven die ze hebben meegemaakt. Persoonlijke verbindingen verbeteren het geheugen en de betrokkenheid bij nieuwe termen.
Moedig studenten aan om zich om te draaien en met een partner te praten over wat een woord betekent of hoe het in het verhaal wordt gebruikt. Korte discussies stimuleren actieve deelname en helpen de betekenis te verduidelijken in een ontspannen setting.
Integreer korte, leuke activiteiten, zoals matchingspellen, charades of snelle schetsen om vocabulaire te herzien gedurende de eenheid. Frequent, plezierig oefenen helpt om woordkennis te versterken en houdt studenten gemotiveerd.
Effectieve vocabulaireactiviteiten voor "Waar de rode varen groeit" omvatten het maken van visuele spinnenkaarten, het gebruik van storyboard om woordbetekenissen te illustreren en het bespreken van belangrijke termen in context. Deze methoden helpen studenten begrip en geheugen van belangrijke woordenschat uit de roman te verbeteren.
Leerlingen kunnen een vocabulaire storyboard maken door 3-5 kernbegrippen te selecteren, definities voor elk te schrijven en illustraties te tekenen die de woorden in actie laten zien. Het gebruik van een spinnenkaartformaat helpt bij het organiseren van de woorden en maakt het leren interactief.
Een visueel vocabulairebord is een grafische organizer waarop leerlingen vocabulaire woorden met definities en illustraties tonen. Deze aanpak ondersteunt begrip door visuele aanwijzingen te koppelen aan woordbetekenissen, waardoor nieuwe termen gemakkelijker te onthouden zijn.
Focus op woorden die centraal staan in het verhaal, zoals verbaasd, huilen, moed, benarde situatie en scheldwoord. Kies termen die mogelijk onbekend zijn voor studenten of belangrijk voor het begrip van de plot en personages.
De beste manier om vocabulaire woorden te illustreren is door scènes, personages of voorwerpen uit het verhaal te tekenen die de betekenis van elk woord laten zien. Moedig studenten aan om contextuele aanwijzingen en hun verbeelding te gebruiken om verbanden met de tekst te maken.