In deze gotische novella combineert Robert Louis Stevenson de gruwels van de menselijke ziel met een afschuw voor het Victoriaanse belang van reputatie. Stevenson duikt in de donkerste diepten van de mensheid en lijkt te ontdekken wat Sigmund Freud nog niet 15 jaar zou publiceren: de onderdrukking van het id, of de instinctieve kant van de menselijke natuur, door het super-ego of van ons dat Houdt zich vast aan de culturele idealen en regels waaraan wij zijn betrokken. De vrouw van Stevenson noteerde in haar lezing van zijn eerste ontwerp van de novella die het leest als een allegorie, en inderdaad weerspiegelde het de Victoriaanse strijd van het 'dubbele zelf'.