https://www.storyboardthat.com/nl/lesson-plans/esl-activiteiten/idiomen
BEGIN NU UW 14 DAGEN GRATIS PROEF!
BEGIN NU UW 14 DAGEN GRATIS PROEF!

Overzicht van Activiteiten


Idiomatische uitdrukkingen zijn erg moeilijk te leren in andere talen, omdat ze vaak niet goed te vertalen zijn naar de moedertaal. Deze activiteit is bedoeld om Engelse taalleerders te helpen bij het leren, oefenen en onthouden van een verscheidenheid aan idiomen, terwijl ze hun betekenis in context kunnen demonstreren met behulp van een storyboard! In deze activiteit zullen de leerlingen verschillende idiomen definiëren en illustreren . Docenten kunnen ervoor kiezen om een lijst met idiomen over de klas te verdelen, en kunnen leerlingen vragen om ergens tussen de 2 en 10 te illustreren!

Voorbeelden van veelvoorkomende idiomen in het Engels

Een vermomde zegen: een goede zaak die aanvankelijk slecht leek

Een dubbeltje in een dozijn: iets gemeenschappelijks

Een cent voor je gedachten: vertel me wat je denkt

Een foto zegt meer dan 1000 woorden: beter laten zien dan vertellen

Acties spreken meer dan woorden: geloof wat mensen doen en niet wat ze zeggen

Aan de verkeerde boom blaffen: zich vergissen, op de verkeerde plaats naar oplossingen zoeken

Draai er omheen: zeg niet wat je bedoelt, meestal omdat het ongemakkelijk is

Beter laat dan nooit: beter laat komen dan helemaal niet komen; of, beter iets te laat doen dan het helemaal niet te doen

Bite the bullet: om iets af te ronden omdat het onvermijdelijk is

Breek een been: veel succes

Breek het ijs: zorg dat mensen zich meer op hun gemak voelen

Noem het een dag: Stop met ergens aan te werken

Kost een arm en een been: Erg duur

Geef iemand wat speling: wees niet zo kritisch

Bezuinigen: iets slecht doen om tijd of geld te besparen

Doe iets in een handomdraai: Doe iets zonder van tevoren te plannen

Huil niet om gemorste/gemorste melk: het heeft geen zin om je zorgen te maken over gebeurtenissen in het verleden die niet kunnen worden veranderd

Makkelijk doet het: vertragen

Uit de hand lopen: uit de hand lopen

Haal iets uit je systeem: doe wat je altijd al wilde doen, zodat je verder kunt

Kom tot je recht: werk beter of ga weg

Krijg lucht van iets: hoor nieuws over iets geheims

Geef iemand het voordeel van de twijfel: vertrouw op wat iemand zegt

Ga terug naar de tekentafel: opnieuw beginnen

Hou vol: geef niet op

Raak de zak: ga slapen

Het is geen rocket science: het is niet ingewikkeld

Laat iemand van de haak: om iemand niet ergens verantwoordelijk voor te houden

Maak een lang verhaal kort: Vertel iets korts

De boot missen: het is te laat

Geen pijn, geen winst: je moet werken voor wat je wilt

Op wolk negen: Heel blij

Aan de bal: goed werk leveren

Trek aan iemands been: grapjes maken met iemand

Trek jezelf bij elkaar: Rustig aan

Over de duivel gesproken: de persoon over wie we het net hadden, kwam opdagen!

Dat is de laatste druppel: mijn geduld is op

Het beste van twee werelden: een ideale situatie

De tijd vliegt als je plezier hebt: je merkt niet hoe lang iets duurt als het leuk is

Onder het weer: Ziek

We zien het oog in oog: we zijn het eens

We zullen die brug oversteken als we er zijn: laten we het nu niet over dat probleem hebben

Als het regent, giet het: Alles gaat tegelijk mis

Wikkel je hoofd (of geest) ergens omheen: begrijp iets ingewikkelds


Template en Class Instructions

(Deze instructies kunnen volledig worden aangepast. Nadat u op "Activiteit kopiëren" hebt geklikt, werkt u de instructies bij op het tabblad Bewerken van de opdracht.)



Opleveringsdatum:

Doelstelling: Maak een diagram dat idiomen identificeert, definieert en illustreert.

Instructies voor studenten:

  1. Klik op "Opdracht starten".
  2. Kies 5 idiomen / idiomatische uitdrukkingen in het Engels.
  3. Schrijf het idioom in de eerste kolom.
  4. Voeg de definitie / betekenis toe in de tweede kolom.
  5. Maak een illustratie die de betekenis van de uitdrukking in de derde kolom laat zien.
  6. Opslaan en afsluiten als je klaar bent.

Lesplan Reference


Rubriek

(U kunt ook uw eigen maken op Quick Rubric.)


Idioom
Maak een storyboard dat ten minste 5 idiomen identificeert, hun betekenis definieert en ze in context illustreert.
Vaardig
5 Points
Opkomend
3 Points
Begin
1 Points
Idioom Identificeren
Idioom is correct geïdentificeerd.
Sommige uitdrukkingen zijn correct geïdentificeerd.
Geen idioom wordt correct geïdentificeerd.
Definieer Idioom
Alle uitdrukkingen zijn correct gedefinieerd.
De meeste uitdrukkingen zijn correct gedefinieerd.
Slechts een paar van de idiomen zijn correct gedefinieerd.
Idioom Illustreren
Illustraties tonen duidelijk de betekenis van het idioom in de juiste context.
Sommige illustraties tonen duidelijk de betekenis van het idioom in de juiste context.
Geen van de illustraties toont duidelijk de betekenis van het idioom in de juiste context.
Poging
Al het werk is compleet, grondig en netjes. Het is duidelijk dat de student veel moeite heeft gedaan.
Het meeste werk is compleet, grondig en netjes. Het is duidelijk dat de student alleen wat moeite heeft gedaan.
Slechts een deel van het werk is compleet, grondig en netjes. Het is duidelijk dat de student zich niet voldoende heeft ingespannen.





*(Hiermee start u een gratis proefperiode van 2 weken - geen creditcard nodig)
https://www.storyboardthat.com/nl/lesson-plans/esl-activiteiten/idiomen
© 2023 - Clever Prototypes, LLC - Alle rechten voorbehouden.
StoryboardThat is een handelsmerk van Clever Prototypes , LLC , en geregistreerd bij het US Patent and Trademark Office